• Skip to main content

It's right to be wrong

Michael van Wetering ✝ 2021

​Strategic Advisor Innovation, interpreter on technology for education

Mike

Edushock zegt wat ze doet en doet wat ze zegt

18th March 2012 by Mike Leave a Comment

Edushock

Vorige week had ik het voorrecht om in Nijmegen de Edushock Experience bij te wonen. Onderwijsdeskundigen, docenten, leerlingen en andere geïnteresseerden spraken met elkaar over onderwijs waarbij de leerling centraal staat en echt gezien wordt als individu met heel eigen talenten, aandachtspunten en voorkeuren. Deze leerling geeft zelf mede vorm aan het onderwijs.

De dag was zo opgezet dat de aanwezigen werden geprikkeld met korte, energieke TED-achtige praatjes die opriepen tot actie. Deze rondes werden afgewisseld met ‘workshocks’ waarbij kleine groepjes zich verdiepten in bijvoorbeeld ‘authentiek spreken’,  ‘leraar worden’, ‘denkbeeldhouwen’ of discussierden aan de dialoogtafels. Deze opzet was verfrissend! Veel bijeenkomsten over ‘het leren van de toekomst’ bestaan uit een serie lange aaneensluitende voordrachten van 9:00 tot 17:00. Edushock daarentegen past duidelijk ‘practice what you preach’ toe.

Edutopia, belonend leren: geen gemiddelde maar een optelsom

Robert van Hoesel
, ook betrokken bij het 21st century skills project van Kennisnet, vertelde een mooi verhaal over zijn ‘Edutopia’. Zijn ideale onderwijs biedt de vrijheid te kiezen wat je wilt leren, waar je dat wilt leren (binnen en buiten de school) en wanneer je dat wilt leren (leren kent geen onderbrekingen). Leerlingen kunnen van 7:00 tot 22:00 terecht aan de kennisboulevard met geniuses die je alles kunnen vertellen en leren wat je wilt. Je hoeft ook niet eindeloos toetsen te maken; je verdient learning points door het uitvoeren van opdrachten. Samenwerking levert bonuspunten op en de trekker van het groepje verdient leaderpoints die bepalen wie ‘burgemeester’ is van een onderwerp. Je teamleden kies je op basis van hun ‘level’ (vaardigheid) en als jij jouw volgende level haalt, mag je weer volgende, complexere opdrachten doen.

Gamification

Komt werken in je eigen tempo, ‘levelling up’ en bonuspunten voor extra uitdagingen u bekend voor? Juist, games bevatten precies deze ingredienten die erop gericht zijn een speler uit te dagen en te boeien. Als de game te makkelijk is en verveelt, haakt de speler af. Als het level te moeilijk is, haakt de speler ook af. Het i
nzetten van beproefde concepten uit games, ook wel gamification genoemd, is een veelbelovende ontwikkeling om leerlingen te motiveren en tot grotere inzet te verleiden.

Geen woorden maar daden
Ik weet niet wat uw ervaringen zijn, maar bij de meeste bijeenkomsten word je vooral bevestigd in het feit dat alles anders moet in de toekomst. Bij Edushock ging het niet om het leren van de toekomst maar om het leren van vandaag en hoe dat kan en moet veranderen. Een mooi voorbeeld van deze actiebereidheid gaf Erica Aalsma met haar beschrijving van ‘de omgekeerde leerweg‘. In dit concept wordt uitgegaan van een verregaande integratie van leren en werken, waarbij een levensechte leerwerkomgeving ervoor zorgt dat er geleerd kan worden van werken in de praktijk. Het talent van de meester staat centraal, de leermeester en werkmeester werken samen in een hybride leeromgeving. Vooral voor leerlingen die liever met hun handen dan met hun hoofd leren, is dit een prachtig initiatief.

Samengevat hebben alle deelnemers aan de Edushock Experience tegen elkaar gezegd dat de leerling in het huidige onderwijs onvoldoende ‘gezien’ wordt. De vraag is hoe we eruit halen wat erin zit in plaats van erin stoppen wat voorgeschreven is. Eén van de sprekers gebruikte een quote van Einstein die mooi samenvat wat de rode draad was van de bijeenkomst:

“The intuitive mind is a sacred gift and the rational mind is a faithful servant. We have created a society that honors the servant and has forgotten the gift.”
– Albert Einstein

Ik kan iedereen van harte aanbevelen om kennis te maken met de ideeën achter Edushock. Vooral omdat het niet alleen gaat over het leren van de toekomst maar ook omdat het praktische inzichten geeft om vandaag de dag met die veranderingen te beginnen.

Mike (Maart/2012)

[N.B. Deze post is ook gepubliceerd op de innovatieblog van Kennisnet, waar ik werkzaam ben als Manager van de afdeling Innovatie.]

Filed Under: Conferentie, Onderwijs, Overpeinzing

Information Overload? Vertrouw op curatie door je sociale netwerk

29th February 2012 by Mike 2 Comments

Information-overload

De afgelopen jaren is er veel te doen geweest over het nieuwe probleem van de informatiemaatschappij: ‘information overload’. Met duizenden tweets per seconde en 24 uur nieuwe video per minuut op YouTube staat één ding vast: het is onmogelijk alles wat gepost wordt te lezen en te bekijken. Maar wat is relevant voor jou? Wat mag je niet missen?

Het sociale web vraagt dagelijks steeds meer tijd van ons; leidt het allemaal niet té veel af? Of is het juist een hele krachtige aanvulling op onze beperkte mogelijkheid real-time contact te onderhouden met alle vrienden en professionals waar we een relatie mee onderhouden?

Nick Bilton, auteur van ‘I Live in the Future & Here’s How It Works’ stelt dat juist onze sociale netwerken, hij noemt dat ons ‘Anchor Network’, ons behoeden voor information overload.

Curatie door je ‘Anchor Network’

Nick Bilton startte zijn carrière bij het R&D lab van de New York Times en werkt als docent aan de New York University. Zijn werk richt zich op het onderzoeken van de ontwikkeling van mediaconsumptie. Voor de New York Times is de belangrijkste vraag hoe de lezer van de krant behouden kan blijven als betalende klant van een nieuwsproduct in één of andere vorm. Daartoe verdiepte Bilton zich in de toegevoegde waarde die consumenten zoeken. Dat is niet langer (alleen) de inhoud of de kwaliteit daarvan maar eerder de relevantie.

Welke-richting

Het woord dat Bilton gebruikt voor de selectie van relevante en kwalitatief goede informatie is ‘curatie’. Dit woord wordt onder andere gebruikt in de museumwereld voor de samenstelling van een collectie objecten die qua samenhang en kwaliteit bijzonder zijn. Hij stelt ook vast dat die curatiefunctie eigenlijk al ingevuld is door ons netwerk van vrienden en collega professionals. Op sociale netwerken als Facebook en Twitter, maar ook in je blogroll heb je vrienden, experts en interessante bloggers geselecteerd die je relevant acht voor jouw interesses. Zij vormen op die manier een filter voor jou, ze cureren de inhoud die ze zelf tegenkomen en delen alleen dat wat ze relevant en waardevol achten. Kortom, ze filteren de informatie die ze waardig genoeg vinden voor jouw aandacht. Bilton schrijft dat sinds hij zich dat realiseerde hij niet langer bezorgd is dat hij belangrijke informatie mist. Hij weet dat zijn zorgvuldig samengestelde ‘Anchor Network’ er altijd voor zorgt dat belangrijk nieuws hem bereikt.

Wiens curator ben jij?

De elegantie van de door Bilton geschetste constructie is dat de stortvloed aan informatie die we gezamenlijk voor elkaar produceren op eenzelfde manier wordt beteugeld: gezamenlijk. Deze post bijvoorbeeld beoogt jou als lezer een in mijn ogen interessant idee voor te houden. Je hoort of leest wel eens vaker wat, maar dit concept spreekt me echt aan. Ik ben daardoor ook anders naar mijn sociale netwerken gaan kijken en geef ze steeds meer vorm als mijn persoonlijke filter. Welke twitteraars bieden mij interessante inzichten of verwijzen er naar? Welke blogs bevatten regelmatig interessante posts? Met nieuwe follows en unfollows, toevoegingen of deletes in je RSS feeds geef je jouw curatieteam vorm. En zij doen dat op hun beurt wellicht met behulp van jouw tweets of posts.

De leraar als anker voor de leerling

Ik vraag me af of Biltons suggestie ook bruikbaar is in de onderwijs situatie. Informatie is er in overvloed, op slechts één ‘Google search afstand’. De vraag is vooral: wat daarvan is waardevol, relevant (in jouw onderwijs) of zelfs correct? Is een leraar in deze tijd eigenlijk ook niet vooral een curator? In eerste instantie door leerlingen te wijzen op relevante te bestuderen bronnen. Maar voorbij die curatie ook vooral om de leerling te leren zelf het onderscheid te maken tussen relevante informatie en loze bladvulling. Ik denk dat het de leraar opnieuw in zijn kracht zou kunnen zetten. Leerlingen zijn misschien heel vaardig en snel met het toetsenbord en elk device dat er één bevat, al dan niet virtueel. Maar de vaardigheid uit alle gevonden data de informatie te selecteren die ertoe doet, dat vraagt training en is in onze kenniseconomie één van de meest waardevolle competenties.

Hoe zit het met u? Heeft u al een ‘Anchor Network’ waarop u kunt vertrouwen? Ziet u relevantie voor het concept in het onderwijs? Ik ben erg benieuwd naar uw inzichten en lees ze graag in de reacties onder dit bericht.

Mike (Februari/2012)

[N.B. Deze post is ook gepubliceerd op de innovatieblog van Kennisnet, waar ik werkzaam ben als Manager van de afdeling Innovatie.]

Filed Under: Books, Onderwijs, Overpeinzing Tagged With: anchor network, curatie, information overload, social filter, social network

James Gleick’s “the Information”: a History, a Theory, a Flood

31st January 2012 by Mike Leave a Comment

James-gleickEen boek over informatie van een gerenommeerd schrijver, journalist en biograaf die zich bezighoudt met de culturele impact van wetenschap en technologie. Niet je standaard vakantielectuur (dan lees ik nog wel eens iets langer dan 2 A4) maar het sprak me toch wel aan. Het gaat tenslotte om de grondstof van ons tijdperk. Het bleek inderdaad een pittig boek met een zeer uitputtend overzicht van de geschiedenis van informatie, van haar conceptie tot de vermeende overload van onze tijd.

Van Plato en Socrates naar Charles Babbage en Lady Lovelace
Ada-lovelace-and-a-trial-model-of-a-part-of-charles-babbages-analytical-engine
Gleick begint bij de griekse filosofen die definities bedachten voor zaken als denken, kennis, wijsheid en betekenis, het woord informatie bestond toen nog lang niet. Fast forward naar de 19e eeuw en Charles Babbage met zijn Difference Engine die tot doel had arbeidsintensieve rekentabellen automastisch te produceren. In een uitgebreide beschrijving van Babbage’s dromen, obstakels en prestaties schetst Gleick op een onderhoudende manier de relatie tussen Babbage en Ada Byron-Lovelace. ‘s-Werelds eerste programmeur was inderdaad de dochter van de dichter Lord Byron, die bovendien een machine programmeerde die Babbage nooit heeft kunnen bouwen, zijn Analytical Machine. Deze mechanische programmeerbare computer vergde meer dan de mechanische technologie van die tijd kon bieden. Ook al had Babbage een eigen smid in dienst die zich bekwaamd had in het produceren van zeer nauwkeurige tandwielen, veren en andere onderdelen van Babbage’s ontwerpen.

Shannon en Turing, grondleggers van de informatiemaatschappij

Gleick beschrijft ook uitgebreid hoe Claude Shannon als getalenteerd wiskunde het fundament heeft gelegd voor informatie theorie in zijn “Mathematical Theory for Communication” van 1948. Dit deed hij bijvoorbeeld door aan te tonen dat er geen perfecte talen bestaan waarin alles correct uit te drukken is. Mijn favoriete voorbeeld: “dit is het grootste getal dat niet in zevenenveertig lettergrepen is uit te drukken”, terwijl dit statement zelf minder dan 47 lettergrepen beslaat.

Tijdgenoot Alan Turing toonde met zijn Turing machine aan dat zijn simpelste machine elke complexe computer kan simuleren waardoor bewijsvoering rond computertheorie een vlucht kon nemen. Tot op de dag van vandaag vormt hun werk een belangrijk fundament van theoretische informatica zoals dat nu in academische informatica opleidingen wordt gedoceerd.

Homo Sapiens slechts vervoermiddel voor experimenteel DNA

Het boek test wel je geduld met lange hoofdstukken over DNA als informatiefundament voor mensen. Hoewel ik moet toegeven dat Gleick beschrijving van Stephen Hawkins theorieën me zeer amuseerden. Met name Hawkins bewering dat wij als mensen slechts biologische vervoermiddelen zijn waarin ons DNA uittest welke van haar versies de beste overlevingskansen heeft en dus verder gekopieerd zou moeten worden (lees nakomelingen zou moeten kennen). Dit verklaart voor mij de onlogische voorkeur van ouders voor het overleven van hun nakomelingen (de DNA kopie) ten koste van hun eigen veiligheid. Het DNA moet worden doorgegeven, de rest is onbelangrijk…

Quantum Computing: inherent veilig

Ook het hoofdstuk over quantum mechanica testte mijn geduld en vooral mijn bevattingsvermogen. Daarin geeft Gleick even een samenvatting van wat Einstein en zijn tijdgenoten hebben bedacht en welke consequenties dit heeft voor informatie theorie. Een zeer interessante consequentie die hij daar beschrijft is dat een quantum computer, als het ons eenmaal lukt die te bouwen, door de aard van de technologie per definitie niet beinvloed kan worden. Het aftappen of kopieren van informatie in zo´n quantum computer verandert die informatie, je kunt dus altijd meten of een kopie gemaakt is van informatie. Een aantrekkelijk perspectief in een tijd waarin hacks en beveiligingsincidenten aan de orde van de dag zijn.

Het logisch systeem onder dit soort computers is overigens zo geheel anders dan onze huidige electrische binaire (0-1) computers dat het m.i. nog wel even duurt voordat we dit concept grootschalig kunnen toepassen.

Praktische conclusies

Zijn conclusies na een zeer uitvoerige reis langs de geschiedenis van informatie theorie zijn gelukkig een stuk praktischer en bijna kort van stof:

  • Het gevoel van informatie overload treed op bij iedere paradigma shift. Toen we van het handschrift naar de boekdrukkunst gingen werden we verlost van het elkaar moeten vertellen wat de kostbare en schaarse geschriften bevatten. De boekdrukkunst bood ons een exacte kopie voor eenieder, maar hoe de gewenste informatie te vinden in al die boeken? En nu digitalisatie, alle informatie doorzoekbaar en beschikbaar, maar welke informatie heeft betekenis (voor jou)? Elk paradgima biedt oplossingen voor de problemen van de vorige, en introduceert eigen nieuwe problemen;
  • De oplossingen voor de problemen van elk paradigma bevat twee constante factoren: filteren en zoeken, waarbij vertrouwen en smaak altijd de kern vormt.

Een vraag in ons digitale tijdperk is wie ons helpt zoeken en filteren? Google? Facebook? Of je netwerk van vrienden op de diverse sociale platforms?

Mike (Januari/2012)

 

Filed Under: Books, Overpeinzing

Malcolm Gladwell op het Creative World Forum 2011: Waarom je beter derde kunt zijn…

30th November 2011 by Mike Leave a Comment

CWF2011

Dit jaar was het internationale Creativity World Forum in Hasselt neergestreken, 2300 bezoekers kwamen 2 dagen bijeen op een prachtig vormgegeven locatie. Een grote luxe want het indrukwekkende programma met sprekers over creativiteit en innovatie was daardoor letterlijk heel toegankelijk. Voor mij een buitenkans om o.a. Malcolm Gladwell, één van mijn favoriete schrijvers, live aan het werk te zien.

Cwf-crowdMalcolm-gladwell-gestureCwf-stageMalcolm-gladwell-onstage

Innovatie is: Falen, Samenwerken en Organiseren/Uitvoeren

Het forum had vele gerenommeerde sprekers weten te strikken. En hoewel er ook wel wat tegenstellingen zaten in de benadering van creativiteit en innovatie kwamen er een paar duidelijk hoofdlijnen naar voren uit de twee dagen presentaties en discussies:

  1. Het belang van falen als noodzakelijk onderdeel in het creatief proces werd met name door Jimmy Wales van Wikipedia benadrukt. Dit is een uitdaging in veel organisaties omdat fouten veelal worden afgestraft. Daardoor wordt de ruimte niet gevoeld voor het nemen van de risico’s die tot innovaties leiden.
  2. De mythes over creativiteit, het beeld van eenzame genieën met plotselinge inzichten is romantisch maar incorrect stelde Keith Sawyer. Alle grote innovaties blijken tot stand gekomen in groepsprocessen waar in samenwerking het inzicht is komen bovendrijven met vele mislukkingen onderweg. Zo legde Darwin in zijn eigen ‘journals’ vast hoe zijn theorie langzaam vorm kreeg in debat met tijdgenoten, waarschijnlijk zonder dat hij dat zelf besefte. Of J.R.R. Tolkien die in een schrijverskring met o.a. C.S. Lewis wekelijks mythische werelden en wezens besprak terwijl hij aan ‘In de Ban van de Ring’ werkte. Kortom: samenwerking is een cruciaal element om tot innovaties te kunnen komen.
  3. De creatieve ideeën zijn op zichzelf niet de belangrijkste factor bij innovatie, het goed opvolgen, uitvoeren en communiceren van zo’n idee wel. Dit werd door Alexander Osterwalder (Business Model Generation) en Scott Belsky (Making Ideas Happen) uitgebreid onderbouwd. In de dagelijkse hectiek verdwijnt de inspiratie naar de achtergrond, er is aandacht en organisatie nodig om tot executie te komen. Want creativiteit x organisatie == impact. Daarnaast dreigt ‘Death by Powerpoint’ als geen aandacht wordt besteed aan de presentatie van ideeën, Garr Reynolds (Zen Presentation) was in een geweldige presentatie het levend voorbeeld van hoe dat wel moet.

Malcolm-gladwellJimmy-walesOliver-stone

Malcolm Gladwell: being third is best!

Hij maakte zijn reputatie als één van de werelds meest gevraagde sprekers meer dan waar. In een vloeiend betoog zonder een enkel visueel hulpmiddel hield Malcolm Gladwell ons voor waarom de eerste zijn bij het hebben van een vernieuwend idee onterecht als het hoogst haalbare wordt beschouwd. Hij gebruikte diverse voorbeelden die duidelijk illustreren dat de succesvolle implementatie van een innovatie altijd in 3 stappen gebeurt, waarvoor verschillende culturen, talenten en organisaties geschikt zijn.

  1. Het nieuwe, grote idee vergt veelal een centrale organisatievorm met veel resources voor fundamenteel onderzoek door grote intellectuele talenten op hun vakgebied. Dit zijn de ‘echte’ innovators.
  2. De vernieuwende ‘out of the box’ technologische vernieuwing om het grote idee te realiseren is vooral mogelijk in een ondernemende cultuur met kleinere, flexibele organisaties die nog niet worden gehinderd door hun hiërarchie en bestaande business om met disruptieve concepten en producten te komen.
  3. En de zogenaamde ‘tweakers’ kunnen (‘being third’) kennis nemend van het grote idee en lerend van de eerste technische oplossingen en de gemaakte fouten met een betere versie van het product de markt betreden. Deze organisaties kunnen met meer begrip van de nieuwe potentie hun product vorm geven, daarbij lerend van de partijen die eerste en tweede waren.

Er zijn door de jaren diverse voorbeelden die dit effect illustreren. In de IT industrie o.a. Xerox Parc die alle aspecten van de personal computer zoals we die nu gebruiken uitvond, IBM die een eerste versie bouwde en Apple die met de iMac kwam, de eerste computer die mensen gemakkelijk konden gebruiken. Meer voorbeelden van ‘third’ bedrijven zijn Facebook in social en Amazon met de Kindle in de e-reader markt. Het profiel van deze ‘tweakers’ is heel anders dan dat van de innovators. Ze hebben vaak (relatief) weinig resources en voelen een hoge noodzaak tot vernieuwing door de druk van de markt.

Malcolm Gladwell: Steve Jobs was a superb tweaker

Malcom Gladwell kenschetst Apple met Steve Jobs aan het roer als een perfect opererende tweaker. Immers de iMac, MacBook, iPod, iPhone en iPad hebben geen van allen de productvorm uitgevonden of waren het eerst op de markt. Integendeel, maar jaren na de eerste producten komt Apple wel met een product dat leert van reeds gemaakte fouten en biedt daarmee grote waarde in de markt. De iPod kwam nadat er al jaren mp3-spelers waren, de iPhone kwam nadat er al jaren smartphones waren, de iPad kwam nadat microsoft al jaren tablet computers ondersteunde, etc. Het succes van Apple illustreert bij uitstek waarom het zeker geen schande is en zeer lucratief kan zijn om als derde de markt te betreden.

Innoveren is een proces van proberen, falen, herhalen, tweaken en in samenwerking voortbouwen op het werk en de inzichten van anderen. Malcolm Gladwell geeft ook een voorbeeld van een sector waar ‘being first’ geen nadeel is. Met name innovatie in publieke sectoren/dienstverlening heeft geen hinder van het ‘first movers’ nadeel. Vermarkten van de innovatie is daar immers niet het primaire doel. Universiteiten bijvoorbeeld kunnen zich daarom richten op fundamenteel onderzoek. Ben ik blij dat ik aan innovatie in het onderwijs werk!

Mike (November/2011)

Filed Under: Conferentie, Onderwijs, Overpeinzing, Web/Tech Tagged With: creativity, innovation, malcolm gladwell, world forum

Afscheid van Steve Jobs

31st October 2011 by Mike Leave a Comment

Het zal niemand ontgaan zijn dat Steve Jobs, mede oprichter en tot voor kort CEO van Apple deze maand overleed.Er wordt veel over geschreven, één van de mooiere stukken is van Stephen Fry die zonder valse emotie heel goed beschrijft waarom Steve Jobs zovelen bezig hield (met dank aan One More Things Koen voor de tip). Het is opvallend hoeveel ‘beste vrienden’ Steve Jobs opeens lijkt te hebben onder gevestigde bloggers, Fry beschrijft zijn relatie met Steve Jobs met verfrissende integriteit.

Verlies

Ik heb me de afgelopen weken afgevraagd waarom ik zo werd geraakt door het overlijden van een man die ik nooit persoonlijk ontmoet of zelfs ‘live’ heb horen spreken. Mijn voorlopig antwoord, misschien denk ik er over een jaar anders over, is dat ik rouw om het verlies van een inspirator. Iemand die ‘anders’ durfde te zijn, geloofde in zijn eigen visie en daarin niet bang was voor de afkeur van zijn omgeving. Een angst die de meeste mensen weerhoudt van het uiten van eigen, afwijkende ideeën ten opzichte van de status quo. Ikzelf worstel een beetje met een dubbel gevoel. Lekker belangrijk, er is iemand overleden die je helemaal niet kent. Cynische reacties zijn volop te lezen in de diverse fora. Maar toch: ik voel verlies, spijt dat deze man niet nog 10 jaar verassende en wellicht briljante dingen had kunnen doen. En verlies, hoezeer op afstand ook, leid tot bezinning. Ik heb me, vast velen met mij, toch weer voorgenomen om wat eigenwijzer te zijn in mijn eigen overtuigingen. Vrij naar Steve: ‘Think different, let’s make a dent in the Universe’.

Nalatenschap

De nalatenschap van Steve Jobs, naast de veelbeschreven producten en getransformeerde markten en industrieën, bestaat ook uit enkele briljante toespraken. Degene die op mij jaren geleden al veel indruk heeft gemaakt is zijn ‘Stanford Commencement Address‘ uit 2005. Ik weet niet of er iemand is die het nog niet kent ;-) Maar mocht dat zo zijn bekijk het dan eens, je zult zelden een zo onderhoudend en leerzaam relaas horen in 15 minuten. Scheelt minstens een paar meter management en zelfhulp boeken B-)

Mike (oktober/2011)

Filed Under: Whatever

De Mifi, De Droam en altijd en overal toegang tot de Cloud

30th September 2011 by Mike Leave a Comment

We hebben al onze informatie, (kennis)producten, contacten en bronnen in de Cloud staan. Maar hoe komen we vervolgens altijd en overal bij die Cloud en onze daarin opgeslagen collectibles? 

Je eigen cloud toegang met Mobile Wifi: Mifi

In en rond huis, kantoor en steeds meer andere locaties zijn draadloze voorzieningen beschikbaar, veelal gratis. Mobiele datanetwerken dichten de overblijvende 'gaten' in connectiviteit. Maar moet ik dan voor elk apparaat wat ik gebruik 3G hardware ondersteuning en een apart data abonnement hebben? Nee! Er is een elegante tussenoplossing beschikbaar in de vorm van een zogenaamde 'Mifi' (Mobiele Wifi).

Dit mini routertje (kleiner dan je mobiele telefoon) werkt op een oplaadbare batterij (zo'n 5 uur) en biedt maximaal 5 apparaten een wifi verbinding met het Internet. Het gebruikt daarvoor zelf één data abonnement dat gedeeld wordt door de met de mifi verbonden apparaten. Je kunt dus tegelijkertijd met 5 apparaten via één mobiel data abonnement het Internet benaderen.

Klinkt handig, maar wat zijn de nadelen? Het is weer een extra apparaatje dat je bij je moet hebben, wat je moet opladen en dat ingeschakeld moet worden en dan 30 seconden later beschikbaar is. De voordelen zijn m.i. veel groter dan de nadelen. Kijkend naar kosten: alle mobiele apparaten ondersteunen wifi, je hoeft dus geen duurdere 3G uitvoering van tablets of notebooks aan te schaffen. Van bijvoorbeeld het prijsverschil tussen een iPad met en zonder 3G heb je een Mifi router en een paar tientjes over. Je hebt maar één data abonnement dat je kunt gebruiken voor alle mobiele apparaten die je hebt of nog gaat aanschaffen. En dan gebruiksgemak: geen enkel apparaat heeft nog drivers of extra software nodig voor de data verbinding. Wifi werkt gewoon en wordt automatisch verbonden. Alle complexiteit zit in de Mifi die je één keer instelt.

N.B.
Technisch is zogenaamde tethering mogelijk met je smartphone. Die deelt dan zijn mobiele dataverbinding via wifi. Providers ondersteunen dit echter lang niet altijd en leggen beperkingen op t.a.v. bandbreedte gebruik.

Droam versus internationale data tarieven: 1-0

Mooi, dat is dan geregeld zou je zeggen. Maar toen ging ik op vakantie deze zomer. En hoewel ik werkmail uitstekend kan missen ;-) vind ik het juist in mijn vakantie fijn om mijn favoriete digitale kranten, tijdschriften en gadgetblogs bij te houden. Sinds mijn iPad2 heb ik dan ook een ernstige flipboard verslaving, feitelijk een onuitputtelijk tijdschrift kleiner en lichter dan één papieren exemplaar. Daarbij komt een recente hobby: bloggen over vakantie belevenissen voor het thuisfront, opa's en oma's waarderen de virtuele toegang tot de kleinkinderen zeer. Maar hoe regel ik betaalbare cloudtoegang in het buitenland?

Droam biedt een handige oplossing: een Mifi router die je in bruikleen krijgt met een vast tarief voor een databundel voor een zelf te kiezen periode of een bedrag per dag. Mijn ervaring is dat een databundel van 1 GB volstaat voor 3 weken lekker lezen en bloggen in de vakantie.

Tijdelijke oplossingen voor tijdelijke problemen, voor hoe lang?

Overigens zijn deze oplossingen tijdelijk omdat de problemen die ze oplossen (hopelijk) tijdelijk zijn. Met de Mifi repareren we dat er nog geen landelijk dekkende wifi (of soortgelijke) infrastructuur is. En dat de providers ons separate abonnementen willen verkopen, zelfs als we meerdere diensten bij dezelfde partij afnemen.

In het geval van de Droam zijn het de schandalig hoge tarieven voor internationaal datagebruik die aanleiding geven om een alternatief te zoeken. De ironie wil dat Droam gebruik maakt van Vodafone business abonnementen en daarvoor kennelijk tarieven kan bedingen die we als consument niet krijgen. In elk geval blijken zij wel in staat een redelijk tarief te vragen, ik was voor 65 euro de hele vakantie online met vier devices. Prima dekking en bandbreedte, zelfs aan de voet van de pyreneen ;-)

Innovaties zoals Mifi routers en Droam rammelen aan de falende dienstverlening waar ze oplossingen voor bieden. Hopelijk leid dat snel tot verbeteringen in die dienstverlening, hoewel ik al redelijk gehecht ben geraakt aan mijn Mifi als oase van bandbreedte daar waar die schaars is.

Mike (September/2011)

 

Filed Under: Overpeinzing, Web/Tech Tagged With: cloud toegang, droam, mifi, wifi

  • « Go to Previous Page
  • Page 1
  • Page 2
  • Page 3
  • Page 4
  • Interim pages omitted …
  • Page 9
  • Go to Next Page »

© 2025 It's right to be wrong. All Rights Reserved.